door juf Sandra
Zodra een kind vier jaar wordt, mag het naar
school. Het is dan nog niet leerplichtig, dit is pas vanaf de vijfde
verjaardag. Hier in Nederland gaan kinderen eigenlijk altijd wel meteen vanaf
de vierde verjaardag naar school.
Is een kind jarig in de zomer, dan heeft het na
twee jaar ook echt twee volledige jaren in de kleuterklas gezeten en is de kans
groot dat het klaar is om naar de middenbouw te gaan. Wordt een kind in januari
of later pas vier, dan is het eigenlijk altijd zo dat de eerste maanden tot de
grote vakantie als startgroep worden gezien. Na de zomervakantie begint het
kind in groep 1 en na twee volledige jaren en wat maanden kan het door naar de
middenbouw.
Maar er is altijd een groep ‘twijfelgevallen’,
namelijk de herfstleerlingen. Vroeger lag de grens op 1 oktober. Kinderen die
geboren waren vóór 1 oktober gingen door en kinderen die ná die datum geboren
waren, bleven een jaar langer kleuteren. Later werd die grens verlegd naar
januari en tegenwoordig is er geen grens meer en worden leerlingen veel meer
individueel bekeken. Kinderen die in de herfst geboren zijn blijven echter
grote ‘twijfelgevallen’. Een kind dat in januari geboren is en door gaat naar
de middenbouw heeft immers elf maanden méér ontwikkeltijd gehad dan een kind
dat in december geboren is en door zou stromen naar de middenbouw. Dat kind
heeft dus elf maanden MINDER de tijd gehad om de hersenen te laten ‘rijpen’,
zoals dat heet.
Uit onze ervaring is gebleken dat deze
herfstleerlingen soms wel ‘klaar’ zijn voor de middenbouw op het cognitieve
vlak, echter is het kind er vaak nog niet ‘klaar’ voor op het
sociaal-emotionele vlak. Ze zijn vaak nog niet sterk en weerbaar genoeg. Ze
kunnen nog moeilijk omgaan met tegenslagen en hebben nog een kortere
spanningsboog. Ook willen ze vaak nog liever spelen dan werken aan een tafeltje
waardoor de werkhouding die vereist is in de middenbouw nog niet op het juiste
niveau is. Het verschil tussen de
cognitieve en de sociaal-emotionele ontwikkeling is nog té groot.
Als het kind te vroeg door gaat naar de
middenbouw, is de kans heel groot dat dit verschil zal blijven bestaan. Het
trekt vaak niet meer recht. Het kind blijft uit ‘balans’. De grote vraag is: wordt
een kind hier gelukkig van??? Onze ervaring heeft ons in veel gevallen laten
zien dat dat niet het geval is. In de praktijk moeten deze leerlingen vaak erg
op hun tenen lopen om het tempo en de stof van de middenbouw bij te kunnen
benen en dit komt de ontwikkeling van het kind niet ten goede. Het verliest de
motivatie, heeft geen zin meer in school en gaat zich steeds ongelukkiger
voelen.
In de onderbouw hebben wij genoeg mogelijkheden
om kinderen uit te blijven dagen en aan te sluiten op het niveau dat ze hebben.
Zo kan het kind zich door blijven ontwikkelen, krijgt het de tijd om verder te
‘rijpen’ maar kan het óók nog blijven spelen. De sociaal-emotionele
ontwikkeling staat in de onderbouw centraal. Natuurlijk blijft de cognitieve
ontwikkeling een hele belangrijke pijler maar in de onderbouw ligt er ook een
groot accent op de sociaal-emotionele ontwikkeling zodat alle
ontwikkelingsgebieden van het kind ongeveer op hetzelfde level zijn als het
doorstroomt naar de middenbouw. De kleuter zal beter in ‘balans’ zijn en
evenwichtiger en sterker zijn in de rest van zijn schoolloopbaan.
Om al deze redenen zijn wij er op school mee
bezig ons beleid rondom de ‘herfstleerlingen’ aan te passen. Als u er meer over
wilt weten kunt u langs lopen bij iemand van de directie of bij een van de onderbouwleerkrachten.
U bent van harte welkom!